Het afgelopen jaar 2019 was opnieuw een memorabel jaar voor bouwend Nederland, maar niet in de gunstige zin van het woord. Zo daalde het aantal afgegeven bouwvergunningen met 27% naar pakweg 55.000. Dat getal ligt ver onder het streefgetal van 75.000. Natuurlijk speelt hier de stikstof problematiek een voorname rol. Maar minstens zo belangrijk is gebrek aan capaciteit bij gemeentes om snel vergunningen rond te maken. In de crisisjaren is heel veel kennis op gemeentelijk niveau de deur uitgedaan.
Door de ‘PAS-uitspraak’ van de Raad van State (Programma Aanpak Stikstof) zijn veel bouwplaatsen stil komen te liggen en daardoor zal de nieuwbouwproductie de komende jaren gaan dalen. In 2021 en 2022 zullen de gevolgen echt merkbaar worden. Dat betekent dat het tekort aan woningen de komende jaren eerder verder zal oplopen dan slinken. Volgens ABF Research bedroeg het tekort aan het begin van 2020 315.000 woningen.
Natuurlijk getroost de overheid zich veel inspanningen om de vaart erin te houden en de tekorten niet teveel te laten oplopen. De overheid heeft daarom in 2019 enkele initiatieven genomen die voor enige verlichting kunnen zorgen. Zo komt er een korting op de verhuurderheffing bij de bouw van sociale huurwoningen. Ook wordt het gemakkelijker tijdelijke huisvesting te plaatsen en wordt het toegestaan tijdelijke (flex)woningen langer te laten staan (15 jaar in plaats van 10jaar). Ook is het duidelijk dat lokale overheden meer steun nodig hebben om het aantal te verlenen bouwvergunningen naar 100.000 te brengen.
Doorstroming en vergrijzing
Nederland heeft niet alleen last van een tekort aan woningen, maar ook een gebrek aan doorstroming. Dat gebrek is voor een deel te wijten aan de vergrijzing van Nederland. De cijfers liegen niet. In 2019 waren er in Nederland 1,4 miljoen Nederlanders ouder dan 75 jaar. In 2040 zal dit getal opgelopen zijn naar 2,6 miljoen mensen ofwel 14,2% van de bevolking. Alleen al in de periode tot 2030 komen er 346.000 huishoudens bij in de leeftijdsklasse 74-84 jaar.
Figuur 1 Ontwikkeling huishoudens naar leeftijdsklassen, Nederland (2019-2040)
Het gaat dus om forse getallen. Het beleid van de overheid was er vanuit een kostenoogpunt de laatste jaren op gericht om ouderen zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Dat beleid mag een succes genoemd worden. Steeds meer oudere Nederlanders wonen tot op zeer hoge leeftijd in hun oude woning. Echter dit succes heeft ook schaduwzijden. Het gaat niet ver om te stellen dat veel zeer oude Nederlanders als het ware gevangen zitten in hun eigen huis.Figuur 2 Huishoudens naar mobiliteitsbeperkingen in Nederland, 2019
Wat is er aan de hand? Ouderdom komt met gebreken, zoals een spreekwoord luidt. Het aantal 75-plussers met zogeheten mobiliteitsbeperkingen groeit spectaculair. In de komende jaren gaat deze groep met maar liefst 280.000 huishoudens groeien. Van dat totaal is maar liefst 80% alleenstaand en daarmee kwetsbaarder dan samenwonenden die kunnen terugvallen op een partner. Veel van deze groep van 75-plussers zou graag naar een aangepaste woning verhuizen. Die zijn er simpelweg niet. Het is juist dit manco dat een goede doorstroming in de weg staat. Het moge duidelijk zijn dat het groeiend mobiliteitsprobleem onder 75-plussers vraagt om aanpassingen in – en uitbreiding van – de woningvoorraad. ABF Research heeft becijferd dat er in de periode tot 2025 ongeveer 150.000 extra ‘geschikte’ woningen nodig zijn. In de periode daarna tot 2040 moeten er nog eens 250.000 geschikte woningen gebouwd of aangepast worden. Die 400.000 nieuwe of aangepaste woningen zijn in drie categorieën te splitsen. De grootste categorie is met 225.300 de nultreden-woning. Dat zijn huizen of appartementen die zowel van buiten als binnen toegankelijk zijn zonder trappen te hoeven lopen. De tweede categorie is met 87.500 woningen de aangepaste woning. Die aanpassingen hangen af van de behoefte van de bewoner met een lichamelijke beperking of handicap. De derde en laatste categorie is de geclusterde woning met in totaal 82.500 nieuwe of aangepaste woningen. Het gaat hier om woningen die deel uitmaken van een complex of een groep van woningen voor ouderen.Figuur 3 Gewenste mutaties woningen naar typewoning, 2019 - 2040
Voor alle duidelijkheid, het gaat niet alleen om nieuwbouw, maar ook vaak om aanpassingen van bestaande woningen. Dat is maar goed ook, want in dezelfde periode moeten er ook nog eens bijna 500.000 woningen aan de normale woningvoorraad toegevoegd worden. Dat is een grote opgave en zal veel vragen van de bouwsector zelf, maar ook van overheden. Er zal met de nodige flexibiliteit gewerkt moeten worden om in deze opdracht te slagen. Dat is dan vooral bezien vanuit de wereld van 2019 met al zijn praktische beperkingen.